top of page

“Iedereen verdient het, niet iedereen krijgt het.”

Bijgewerkt op: 12 mei 2023

Het is verraderlijk fris op het plein voor de voormalige gashouder van het Westergasfabriekterrein in Amsterdam waar de ontwerpers, ambtenaren en andere experts zich melden voor een dag vol reflectie op de mogelijke invulling van een Programma Ontwerpende Aanpak. De grote vragen van de dag: hoe kun je er met zo’n programma concreet voor zorgen dat ontwerpers nadrukkelijker betrokken worden bij het zoeken naar oplossingen voor maatschappelijke vraagstukken en hoe zorg je ervoor dat de impact van die ontwerpende inzet zo groot mogelijk is?


Als iedereen zich gemeld heeft, voorzien is van een naamsticker, zichzelf een rol heeft aangemeten volgens een voorbedacht format (ben ik nou een “conflictliefhebber”, een “hofnar”, een in- of juist een outsider? En zie ik mezelf als “verkenner”, als “systeembuiger”, als “milimetervreter” of heb ik de touwtjes in handen en laat ik mezelf dus graag een plaatje met de titel “gezagsdrager” opspelden?) en wanneer de koffie zijn opwekkende werk heeft gedaan, opent projectleider Renske Bouwknegt de dag. Dat doet ze met een reflectie op de bevindingen uit het verkenningswerk door het ontwerpteam van de pilot dat het programma momenteel voorbereidt. Uit die inventarisatie blijkt dat er sprake is van twee werkelijkheden die niet zomaar bij elkaar te brengen zijn: een ambtelijke en een ontwerpende. Het beter op elkaar afstemmen van die twee werkelijkheden is de inzet van het programma in aanmaak. Ook omdat juist in de vruchtbare samenwerking tussen de publieke sector en de ontwerper de meeste impact op maatschappelijke opgaven verwacht wordt, de opdracht waarmee het ontwerpteam op pad is gestuurd.


Dat dit geen sinecure is blijkt eveneens uit Bouwknegts analyse. Zo ontbreekt het de ontwerpsector momenteel nog aan overtuigende voorbeelden die laat zien dat ontwerp een onmisbaar onderdeel is van de aanpak van maatschappelijke problemen. Ook heeft de sector behoefte aan geavanceerder en beter toepasbare instrumenten en aan meer begrip van en kennis over de positie van de overheid en maatschappelijke organisaties. Die zaken moeten dus ontwikkeld worden om een betere positie aan tafel te veroveren. Ook is de empathie van de ontwerper vaak nog wat selectief: alle begrip en aandacht voor de burger, minder voor de ambtelijke opdrachtgever. De ontwerpsector moet volwassen worden, klinkt het concluderend. Tegelijkertijd is er ook aan de andere kant van de tafel nog wel wat te ontwikkelen, meent Bouwknegt. Als de ontwerper eerder aan tafel zou worden uitgenodigd, nog voordat de analyse van het probleem is afgerond, zou er al veel verbeterd kunnen worden. Dat zou namelijk helpen om de opdracht van de ontwerper in het proces minder dicht te timmeren en daarmee ook de ruimte voor een zinvolle inbreng vergroten. Daarmee verandert bovendien ook de rol van de ontwerper in het proces. Die kan zich gaan opwerpen als een meer gelijkwaardige gespreks- en samenwerkingspartner.


De genodigden wordt gevraagd om deze dag mee te denken over de invulling van het programma en oplossingen te bedenken om de gesignaleerde drempels mee te trotseren. Daarvoor worden ze opgesplitst in groepen die zich zullen gaan ontfermen over de verschillende geïdentificeerde struikelblokken. Wat is de rol van het onderwijs? Over welke vaardigheden beschikken ontwerpers voldoende en waar valt nog wat te halen? Hoe wordt de gewenste senioriteit van de sector bereikt? Hoe versnipperd is de ontwerpsector eigenlijk en kan een programma ontwerpende aanpak bijdragen aan het beter verbinden van bestaande netwerken van ontwerpers?


Teach them – het belang van onderwijs

In de expertsessie over onderwijs worden de bestaande curricula onder de loep genomen. De vraag is of deze momenteel de nodige kennis en vaardigheden bieden aan studenten om in de toekomst zinvol te kunnen gaan bijdragen aan de oplossingen voor complexe maatschappelijke vraagstukken. De vraag stellen is hem beantwoorden: nee, dat doen ze nog niet in voldoende mate. Te weinig ontwerpopleidingen besteden op dit moment veel aandacht aan cruciale basiskennis uit bijvoorbeeld de gedragswetenschappen, organisatiekunde en institutionele theorieën. Methodieken zoals ‘non-violent communication’ of ‘deep democracy’ worden ook nog onvoldoende onderwezen. Verder hebben studenten vaak moeite met het analyseren van netwerken, het omgaan met macht, of het inzichtelijk maken van impact.


Een struikelblok is ook dat aan veel opleidingen sterk wordt gewerkt in kortlopende projecten. Terwijl het werkelijk doorgronden van een vraagstuk juist vraagt om tijd. Vaak heb je de duur van meerdere aansluitende projecten nodig voordat je kunt gaan innoveren, de juiste relaties weet op te bouwen en coalities kunt gaan smeden. Er is onvoldoende aandacht voor dit doorlopend ontwerpen aan een vraagstuk binnen een opleiding om impact te leren maken.


Als het erom gaat wat het programma bij kan dragen aan een verbetering van de situatie wordt allereerst gedacht aan het creëren van een inventaris met succesvolle vakhandleidingen en werkwijzen. Daarbij is het interessant om ook eens goed te kijken naar het verschil in aanpak aan verschillende opleidingen. Wat valt er te leren van de praktijkgerichte aanpak op MBO-opleidingen? Wat gebeurt er precies aan de opleiding Creative Transformation van de HKU?


Grow up en meet up – Volwassenheid en kennis van de sector

Niet alleen het onderwijs, maar ook de ontwerppraktijk heeft behoefte aan een inventaris van best practices. Een programma Ontwerpende Aanpak zou een belangrijke rol kunnen spelen bij het verzamelen van succesvolle projecten. Daarnaast zou een programma moeten helpen om die succesvolle projecten door te blijven ontwikkelen. Zoals in het onderwijs zijn ook in de ontwerppraktijk veel projecten van korte duur. De uitkomsten zijn vaak waardevol, maar dragen ook potentie in zich om door te groeien en meer impact te sorteren. Daar is nu vaak geen budget meer voor en dus gaat die potentie verloren.


Om over een langere periode meer impact te genereren stelden de deelnemers van de sessie over de volwassenheid van de sector dat er binnen een Programma Ontwerpende Aanpak meer moet worden gewerkt aan partnerschap en rolbewustzijn. In een ideale situatie spelen overheden, bedrijven, ontwerpers en andere stakeholders allemaal een eigen rol. In verschillende fasen van het ontwerpproces moet een kerngroep worden aangevuld met rollen die passen bij die fase. Aan het begin heb je veel aan onderzoekende en idealistische activisten maar ook aan kritische luizen in de pels. In een volgende fase zijn verbindende makelaars nodig en aan het eind van het proces vooral volhardende doorwerkers. Weten waar jouw specifieke kracht ligt en tijdig het stokje doorgeven aan de juiste opvolger wordt daarmee een belangrijke vaardigheid. Daarbij kan het ook helpen om een kerngroep in het leven te roepen die van begin tot eind betrokken is en zorgt voor de continuïteit. Om tijdig dat stokje over te kunnen geven aan de juiste persoon is het bovendien belangrijk dat er meer overzicht komt over het bestaande veld van verschillende ontwerpers en deze in netwerken aan elkaar te verbinden. Ook is er behoefte aan sterkere banden tussen ontwerpbureaus en ontwerpers die werken bij maatschappelijke organisaties en overheden. Een programma Ontwerpende Aanpak zou dus ook regie moeten voeren op het bijeen brengen en beter samen laten werken van bestaande netwerken.


Terwijl de eerste deelnemers zich aan het eind laven aan een welverdiende borrel en bijbehorende hap wordt de dag afgesloten met een aantal boude en minder boude stellingen die de deelnemers van de dag uitnodigen om te reflecteren op hun ontwerppraktijk. Over het stellingenpaar aangaande empathie (“Iedereen verdient sympathie” & “Sommige mensen verdienen meer empathie dan anderen”) zijn de meningen sterk verdeeld. Een deelnemer schrijft erbij: “Iedereen verdient het, niet iedereen krijgt het.” Vast een “Verkenner” of een “Systeembuiger”. Hoe of wie het ook zij: een Programma Ontwerpende Aanpak zou er iets aan moeten doen.


Klik hieronder op de video voor een sfeerimpressie van deze mooie dag en krijg een beeld van ons programma.


bottom of page